“Je hebt elkaar heel hard nodig, als je dit meemaakt”
Inleiding
Dit interview gaat over een cliënte van mij die drie kinderen heeft waarvan er twee in de moederschoot zijn gestorven. Haar jongste kind, een dochter, is nu 20 jaar oud.
Cliënte vertelt
21 Jaar geleden, heb ik twee miskramen gehad. De eerste miskraam was ik zes weken zwanger. Dit ondanks het feit dat ik de pil gebruikte. Ik heb bij deze miskraam niet al te veel stil gestaan; anders dan dat ik mij realiseerde dat het ook fout kon gaan en dat het waarschijnlijk lag aan het samengaan van pil gebruik en toch zwanger raken.
De 2de keer wilde ik zwanger worden en ging het mis met 16 weken. Via een echo kwamen ze er achter dat er iets mis was en dat mijn kindje was overleden.
De dag daarna werd ik opgenomen in het ziekenhuis voor curettage. Ik heb twee dagen aan de wee-opwekkers gelegen via een infuus. De bedoeling was dat mijn overleden kindje, die gereduceerd was tot een gekrompen vruchtje, middels weeën en persen op een normale manier geboren zou worden.
Ook mocht ik niet naar de wc. Ik moest op een pot plassen, zodat als er iets van een vruchtje uit zou komen, ze dit konden onderzoeken. Omdat ik aan het infuus vast zat, moest ik weeën opvangen en plassen, tegelijk. Ik was toen echt in paniek, terwijl ik absoluut niet paniekerig ben aangelegd. Op een gegeven moment durfde ik niet meer te plassen, ik dacht de hele tijd “wat komt er in godsnaam uit?” Daarbij kwam dan ook nog de angst van “hoe komt het er uit en wat krijg ik te zien?” Dit was een hele heftige ervaring. Ik had dan wel het geluk dat mijn moeder en stiefvader toen der tijd hele dagen bij mij zijn geweest om mij op te vangen. Ik heb ook erg veel steun aan ze gehad. Mijn stiefvader verzorgde en stelde mij veel gerust. Dat heb ik ook altijd erg veel gewaardeerd. Als je deze ervaring alleen door zou moeten maken dan zou dat pas echt eng zijn geweest.
Ik lag op een kamer alleen, wat televisie te kijken, pijn op te vangen en te wachten totdat het er uit kwam. Ook lag ik op dezelfde afdeling waar vrouwen aan het bevallen waren. Aan de ene kant van de gang lag ik, en aan de andere kant van de gang lagen vrouwen die net bevallen waren. De pasgeboren baby’s kon ik horen huilen. Dit was toen wel heftig en ik heb dat toen ook heel naar gevonden.
Ik had toen heel veel pijn in mijn buik en in mijn rug. Ze zijn op een gegeven moment gestopt met het infuus en de wee-opwekkers. Ze hebben toen een staafje in mijn vagina geplaatst om te kijken of het vruchtje op die manier er wel uit zou komen.
Dit lukte ook niet.
Uiteindelijk hebben ze mij moeten opereren om het vruchtje te verwijderen. Omdat het vruchtje gekrompen was, konden ze niet meer zien of het een jongen of een meisje was geweest.
Al met al heb ik 3½ dag voor een miskraam in het ziekenhuis gelegen. Het waren zware en lange dagen, zowel fysiek als emotioneel.
Mijn toenmalige partner was niet zo emotioneel betrokken bij het gebeuren en ik voelde mij op dat moment heel alleen. Ook had ik zoiets van, als dit met een miskraam al zo moeilijk gaat, hoe moet ik dan een bevalling ondergaan? Wat moet ik hiervan dan wel niet denken?
Ik heb erg veel steun gehad van mijn moeder en stiefvader.
Ondanks deze ervaring had ik nog steeds het vertrouwen dat ik nog wel een kindje zou krijgen.
Ik vraag haar op wat voor een manier zij afscheid heeft genomen van haar kindje?
Het ging allemaal op de harde manier in het ziekenhuis. Gedurende de tijd dat ik aan de wee-opwekkers lag, kwam er van alles uit; veel bloed en bloedklonters behalve dat wat er wel uit moest komen. Met dit op mijn netvlies heb ik niet eens meer willen weten en hoefde ik ook het gekrompen vruchtje niet meer te zien.
Ik ben gedurende die tijd zo bezig geweest met pijn en wee-opwekkers dat het niet snel genoeg voorbij kon zijn, want ik werd er niet goed van. Toen ik na de operatie bij kwam, had ik echt zoiets van, wat fijn dat ik geen pijn meer heb, het is er uit en ik ben van mijn paniek af.
Na de ziekenhuisopname heb ik een week thuis gelegen, bijkomen van alle opgedane ervaringen. Ik heb toen liggen piekeren en malen. Al herstellende realiseerde ik mij dat ik zwanger was geweest en dat het niet gelukt was. En wat nu? En hoe gaat de volgende zwangerschap? En als de geboorte van een miskraam als zo’n zware klus is, hoe ziet dan een bevalling er uit? Daar ben ik toen mee bezig geweest. Dus, afscheid nemen van mijn kindje daar heb ik niet meer aan gedacht.
Nu terugkijkend, is het een emotionele en zware tijd geweest. Ik ben toen vooral op rationele wijze, redenen gaan zoeken waarom het kindje na 16 weken gestorven was. Een naam voor mijn kindje daar was ik nog niet aan toegekomen. Niet dat ik geen naam wist of mooi vond, maar de bevalling was nog te ver weg.
Als ik nog een derde keer een miskraam zou hebben gehad, dan zou ik voor een vierde keer niet meer hebben aangedurfd. Tenslotte is drie keer scheepsrecht. Ik had toen al voor mij zelf besloten dat je via de normale manier zwanger moest worden. Mijn man kon mij zwanger maken, dat wist ik en daar lag het niet aan. Wellicht was er iets in mij waardoor de zwangerschap niet door was gegaan. Wij hebben dit verder ook niet uitgezocht. Ik had de overtuiging dat het zo heeft moeten zijn. Ik vond ook dat je het noodlot niet moest tarten, ten koste van alles. Wellicht bleef ons een hoop ellende bespaard.
Ik vroeg haar wanneer ze weer moed had verzameld om een derde poging te wagen.
Mijn cliënte vertelt verder.
In eerste instantie had ik het wel gehad met het zwanger worden en dan het vruchtje dat verwijderd moest worden, wat uiteindelijk geen lichte klus bleek te zijn.
Na 1½ jaar was ik voor de derde keer zwanger. In het begin van de zwangerschap had ik veel pijn in mijn buik en ik was misselijk. Het schoot door mij heen dat dit vast geen goed teken was, totdat men mij het tegenover gestelde vertelde. Het was juist wel een goed teken. Mijn lichamelijke klachten waren juist een teken dat het kindje zich goed aan het innestelen was. De verloskundige heeft mij toen wel vele malen gerustgesteld. Zelfs toen ik ruim 3 maanden zwanger was had ik nog angst en twijfel.
Men zegt altijd dat je de eerst 3 maanden moet wachten voordat je vertelt dat je zwanger bent. In mijn geval vond ik dat wat anders, aangezien ik de ervaring had dat het met 16 weken mis kon gaan. Toen der tijd was het normaal dat gedurende de hele zwangerschapsperiode 1 keer een echo gemaakt werd, nu is dat tegenwoordig anders geloof ik. Ik had het geluk dat een goede vriend van ons voor zijn werk in het bezit was van een echo apparaat. Hierdoor was het voor mij mogelijk om vaker te kijken hoe mijn kindje ervoor stond. Ik wist al vrij snel dat ik een meisje zou krijgen. Ze was gezond,had 10 tenen, 10 vingers en er was niets gekrompen.
De zwangerschap verliep verder voorspoedig. Echter, de angst dat het mis kon gaan en de ellende wat het eventueel met zich mee zou kunnen brengen, bleef en zat nog steeds in mij. Ook de gedachte, dat als een miskraam al zoveel fysieke en emotionele zwaarte met zich mee bracht, hoe ziet dan een normale zwangerschap en bevalling er straks dan uit? Dit en mijn miskraam ervaring heb ik gedurende de hele zwangerschapsperiode met mij meegedragen.
Om een voorbeeld te noemen hoe diepgaand de ervaringen rondom mijn miskramen nog in mij aanwezig waren, en zelfs tijdens mijn derde zwangerschap nog voor de nodige stress zorgden, zal ik vertellen naar aanleiding van de volgende gebeurtenis.
Tijdens mijn zwangerschap, ik geloof dat ik negen weken zwanger was, hadden mijn man en ik een etentje bij vrienden. De tafel was onder andere gedekt met fel rode servetten. Op een gegeven moment moet ik naar de wc. Terwijl ik daar naar toe loop snuit ik mijn neus in de servet waarop ik deze vervolgens in de wc weggooi. Ik doe dit allemaal zonder er bij na denken. Ik ga zitten om te plassen, sta daarna op en ik kijk in de wc. De rode servet was helemaal doorgelopen met mijn urine en het water. Ik zie het rode, ben natuurlijk op dat moment helemaal vergeten dat ik die rode servet in de wc heb weggegooid, en ik schrik mij dood! De paniek schoot helemaal naar mijn strot: ik denk “oh help, wat is er nu aan de hand, dit is helemaal niet goed, niet weer!!”
Ik had voor mij zelf al besloten dat dit mijn laatste zwangerschap zou zijn en dat als deze zwangerschap ook weer mis zou lopen, ik nooit meer kinderen zou krijgen.
In een kort moment was ik helemaal de fel rode servet vergeten en zag ik deze aan voor fel rood bloed.
Mijn cliënte vertelt het verhaal nog een keer en benadrukt met klem: “de ervaringen rondom mijn miskramen en mijn derde zwangerschap, daar lag 1½ jaar tussen. Eer ik mij realiseerde dat het die fel rode servet betrof, kwamen alle emoties, angsten en paniek ervaringen weer helemaal naar boven. Er ging weer van alles door mij heen en ook de gedachte van “oh, niet weer!!”
Eigenlijk wilde ik thuis bevallen, maar vanwege de te hoge bloeddruk en mijn voorgeschiedenis moest ik in het ziekenhuis bevallen. Tijdens de bevalling realiseerde ik mij dat ik niet weer die pijn van toen wilde ervaren.Ik had rugweeën en het liefst was ik gaan lopen om de weeën op te vangen, maar ik moest gaan zitten.
De verloskundige van het ziekenhuis vertelde mij dat ik geen weeën had, waarop ik haar te kennen gaf dat dit niet klopte, want ik had ze in mijn rug. Vervolgens vertelde ik haar dat het mij niet kon schelen waar ik ze had, want dat ik vandaag nog zou gaan bevallen. Waarop er een hele felle discussie aan mijn bed ontstond tussen de verloskundige van het ziekenhuis en de verloskundige uit de praktijk, die mij overigens gedurende mijn hele zwangerschapsperiode goed begeleid had. Zij was een wat oudere vrouw die de verloskundigen uit het ziekenhuis had opgeleid. Hier refereerde ze aan tijdens deze discussie. Vervolgens gaf ze haar te kennen dat ik onder haar hoede stond. Waarop ze mij de opdracht gaf gewoon te gaan persen, onder protest van de verloskundige uit het ziekenhuis.
Een goede kennis van mij had verteld dat een bevalling lang kon gaan duren en ook pijn zou kunnen doen. Dit heb ik goed in mij zelf opgenomen en ik had toen al besloten dat als het zover was ik zo hard mogelijk zou gaan persen en de pijn zou trotseren, want het zou mij niet weer gebeuren dat dit lang zou gaan duren!
Dit voornemen en mijn eigen ervaringen van de miskraam nog in mijn geheugen, besloot ik te kiezen voor het advies wat mijn eigen verloskundige en ik ben gaan persen.
Na twee persweeën en een stukje ingescheurd te zijn, ben ik bevallen van een gezonde dochter.
Het was wat je noemt geen rustige harmonieuze bevalling, zoals ik wel eens gehoord had dat het ook zou kunnen gaan.
Er ontstond een heftige discussie tussen de verloskundigen die aan mijn bed stonden. Wanneer, hoe en of ik wel mocht gaan persen. Wie wel en wie niet de leiding had, enzovoorts. Echter, ik heb dit maar half meegekregen want het is allemaal in een waas aan mij voorbij gegaan.
Uiteindelijk heb ik het bij 1 kind gelaten. Dat vond ik wel genoeg na alles wat ik had meegemaakt. Ik ben zelf enig kind en dat vind ik niet altijd even fijn. Ik heb het er dan ook vaak met mijn dochter over gehad.
Ik vraag haar of ze het met haar dochter wel eens over de miskramen heeft gehad.
Mijn dochter weet wel dat ik twee miskramen heb gehad, maar zo uitgebreid als ik dit nu aan jou vertel, niet.
Mijn dochter is ook vrij gevoelig. In die tijd woonde ik bij een vriendin, aangezien mijn toenmalige partner en ik uit elkaar gingen.
Op een gegeven moment komt s ’avonds mijn dochtertje uit haar bed, naar beneden. En ze zegt: “mamma, mamma, er stond net een jongetje met een luier aan en met een knuffel in zijn armen bij mij op de kamer. Toen ik hem vroeg wat hij wilde, rende hij snel weer weg en er is hier helemaal niemand!”
Ik heb toen tegen haar gezegd dat dit jongentje, een engeltje was.
Ik vraag mijn cliënte of, hoe en op wat voor een manier ze begeleiding heeft gehad gedurende de periode van de miskramen.
Vanuit het ziekenhuis heb ik zowel voor, tijdens als na de miskramen geen enkele begeleiding gehad.
Mijn partner wist geen raad met wat ons overkwam en verleende veel praktische hulp.
Echter, de avonden duurden erg lang. Je kan dan weliswaar de verpleging bellen, maar die is ook niet altijd beschikbaar. Je zit wel alleen met al je ervaringen die je op dat moment opdoet en die nieuw voor je zijn. Ik was dus erg blij dat overdag mijn moeder en stiefvader er voor mij waren.
Op mijn vraag of ze, met dat wat ze nu weet en ervaren heeft, bepaalde zaken anders had willen doen, antwoordt mijn cliënte het volgende.
Ik had de verwerking anders willen doen. Ik zou dan al mijn gevoelens van wat ik heb beleefd in het ziekenhuis, wat het met mij deed en de zwangerschap, op papier hebben gezet. Ik zou het misschien allemaal nog een keer hebben beleefd en het uiteindelijk hebben kunnen afsluiten met een mooi ritueel. Dit ritueel had ik dan vorm gegeven door dat wat ik op papier zou hebben gezet, symbolisch aan een ballon in de lucht zou hebben laten wegvliegen of door een briefje aan mijn kindje te schrijven. Dit kan ik alsnog doen.
Ik vraag haar of nu ze een normale zwangerschap ervaren heeft, de angst van de miskramen heeft kunnen loslaten? “Ik denk dat dit inderdaad zo is”.
Vervolgens vraag ik haar of zij en haar partner toen der tijd dichter naar elkaar toe zijn gegroeid?
Wij zijn niet dichter naar elkaar toe of verder van elkaar af gegroeid. Hij ging over tot de orde van de dag. Hij was een type mens die zijn emoties via zijn werk oploste. Daarentegen is de band met mijn moeder hechter geworden.
Wat zou jij andere ouders die een miskraam meemaken als raad willen meegeven?
Dat je elkaar heel hard nodig hebt tijdens deze momenten. Als vrouw zijnde heb je op dat moment heel veel steun en geruststelling nodig. Niet zozeer in geval van zelfverwijt “er is iets mis met mij”, maar meer door de heftigheid van hoe alles gaat. Je weet niet wanneer en hoe het er uit komt. Zeker als je op dat moment geen bezoek of steun hebt.
“Je hebt elkaar heel hard nodig, als je dit meemaakt”
Toen je het interview afnam kon ik het vrij rationeel vertellen. Nu ik het zo lees, rollen de tranen over mijn wangen. Ik merk dat ik nu pas toe ben aan het verwerken van wat ik toen heb meegemaakt. Ik realiseerde mij al lezende dat wat ik toen der tijd heb meegemaakt best wel heftig was. Ik vond het daarom dan ook wel confronterend om te lezen, maar op een positieve manier.
Verder vond ik dat je het interview fijn hebt afgenomen. Rustig, meelevend en je hebt de tijd ervoor genomen.
Voor de rest kan ik mij er helemaal in vinden zoals je het hebt weergegeven.